Ruzie tussen broers en zussen is goed voor de ontwikkeling, zeggen studies, maar wat is normaal? En wat kan je als mama doen om er voor te zorgen dat broers en zussen wel ruzie maken, maar niet tot bloedens toe? Daar over gaat dit artikel.
Chloé Grace (bijna 5) en Dominic (7) maken als broer en zus meer dan geregeld ruzie. Vaak gaat dat om een futiliteit. Ze spelen bijvoorbeeld samen games als ‘Minecraft’, een spel dat ik niet anders kan samenvatten als ‘Bouw waanzinnige huizen in grotten met indoor aquaria, kisten bij wijze van kasten en hoekige bedden, waar wellicht geen normale mens in zou kunnen slapen’. Heel fascinerend – mijn kinderen worden vast architecten van de bovenste plank.
Maar die architecten van de bovenste plank halen ongein uit: elkaars bouwsel afbreken, de verkeerde zombie bevechten of het vee aanvallen, wat net door de andere in een wei is gezet. Net vlogen ze elkaar nog in de armen, want dat ene groteske kasteel construeerden ze met verenigde kracht, als plots wereldoorlog drie losbarst – Chloé Grace gilt gelijk een varken op de slachtbank, broer verwenst haar luidkeels naar de hel.
Over het algemeen kunnen Chloé Grace en Dominic elkaar niet missen, maar minstens één keer per dag zie ik me genoodzaakt om tussen beiden te komen, want er gaan slachtoffers vallen, lijkt het wel.
Ruzie tussen broers en zussen heeft een belangrijke functie in de ontwikkeling van kinderen, zeggen studies, maar leuk is het niet voor een mama (die niet tegen conflicten kan en al helemaal niet tegen lawaai). Hoe zorg je er voor dat broers en zussen elkaar niet de tent uitvechten?
Leestip
Tradities en rituelen creëren voor je kinderen: hoe doe je dat?
Een tweede kind nemen of niet? 9 dingen die je moet weten over een tweede kind!
Hoeveel ruzie tussen broers en zussen is normaal?
Ruzie maken met een broer of een zus heeft twee grote voordelen:
- Ruzie maken met een broer of zus kan heel leerzaam zijn. Kinderen moeten leren omgaan met boosheid, met frustratie en zij moeten leren om samen met anderen tot compromissen te komen. En waar beter dan thuis kan een kind dit ruzie maken uitproberen? Het gezin is een veilige plek. Kinderen in een gelijkwaardige relatie leren in de veilige plek, die het gezin is, conflicten op te lossen. Maak je ruzie met een vriendje, dan kan die beslissen om de vriendschap stop te zetten. Een broertje of zusje heeft die keuze niet – die blijft.
- Kinderen leren tijdens het bekvechten ook het perspectief van de ander te begrijpen. Dit heet ‘empathie’. Empathie is het vermogen om te begrijpen hoe de situatie bij een andere persoon binnenkomt en hoe die persoon cognitief en emotioneel reageert in de situatie. Het is het vermogen om jezelf in de plaats van anderen te zetten en te herkennen dat andere individuen andere gezichtspunten hebben dan jijzelf. Kinderen doorlopen verschillende stadia voor ze echt in staat zijn om perspectief te nemen. Aanvankelijk kijken ze alleen vanuit zichzelf. Ze zijn egocentrisch. Nadien beseffen ze wel dat de andere anders is, maar het is eerder geleidelijk aan dat kinderen leren het perspectief van een ander te begrijpen. Ruzies tussen broers en zussen zorgt voor een verfijnder en genuanceerder beeld van andermans perspectief.
Soms lijkt het wel dat broers en zussen niets anders doen dan ruzie maken. De keren dat ik dagelijks bemiddel in conflicten tussen mijn kinderen is niet op één hand te tellen.
Kleuters zouden naar verluidt wel zeven (!) conflicten per uur (!!) kunnen hebben. Zeven! Per! Uur!
Toch zijn conflicten geen slechte zaak. Je hoeft je dus niet de haren uit het hoofd te trekken als het weer van dattem is. Het zegt helemaal niets over jouw kwaliteiten als mama en al helemaal niets over het karakter van je kinderen. (Wel over het temperament!)
In gezinnen waarin boosheid gemakkelijk wordt geuit en waar hechtheid en humor key words zijn, is de kwaliteit van de relatie tussen broers en zussen sowieso beter dan in gezinnen waar die emoties niet worden uitgesproken, zegt de wetenschap.
Oef. Ik noem me zelf niet de beste mama ter wereld (ik weiger bento-lunches te maken, vergeet af en toe de schoolagenda te ondertekenen en ja, ik brul wel ‘ s tegen mijn kinderen), maar dit is zeker: wij uiten onze emoties, zelfs al zijn die ‘negatief’. We zijn erg gehecht aan elkaar en humor vinden wij belangrijk.
Ruzies zijn biologisch te verklaren
Ruzies tussen je kinderen is biologisch te verklaren. Ieder kind wil exclusieve aandacht van de ouder(s). Ruzie maken voor kinderen is een heel doeltreffende manier om aandacht te trekken van mama en papa. Elk kind heeft een eigen wil en eist een plek op in het gezin. Nogal logisch dus dat het af en toe botst en zeker als jij in de buurt bent!
Onbewust wakkeren mama’s en papa’s die rivaliteit aan, wanneer we onze kinderen met elkaar vergelijken.
“Kijk ’s hoe goed Dominic zijn bordje leeg eet” tegen mijn dochter, die zelden wat lust
“Zus gaat altijd met plezier slapen” tegen de broer, wanneer die mokt dat het alweer veeeel te vroeg bedtijd is
Wij denken dat we inspireren tot beter gedrag, maar we benadrukken vooral de onderlinge competitie.
Onderlinge competitie tussen broer en zus
Wist je overigens dat broers en zussen er actief (maar vooral onbewust) naar streven om van elkaar te verschillen? Vooral wanneer gaat het om ‘zus-zus’, ‘broer-broer’ of broers en zussen die bijna even oud zijn. Hoe meer ze op elkaar lijken, hoe meer ze proberen om dat niet te doen.
Hier zit die competitie voor iets tussen. De wedstrijd, die je kinderen met elkaar aangaan om de onverdeelde aandacht van jou te krijgen. Het zit zo diep in het systeem van elk kind (jong of oud) dat het helemaal van nature gaat om die aandacht zo groot en conflictloos mogelijk te laten zijn.
Om dat voor elkaar te krijgen, kiest elke broer of zus zijn eigen ‘niche’. De bedoeling is om niet in elkaars vaarwater te gaan zitten. Elkaar op hetzelfde vlak beconcurreren pakt nu eenmaal zelden goed uit voor beiden, weten kinds al van jongs af aan. Volgens onderzoek leidt dat tot het volgende: eerstgeborenen hebben meer de neiging om de ‘lievelingetjes’ te zijn die zich aan de regels houden en zich focussen op academisch succes, vooral als dat meisjes zijn.
De jongere broertjes en zusjes daarentegen worden eerder ‘rebellen’ en nemen meer risico’s; zij komen daarom ook vaker in sportcarrières terecht.
Hoe beslecht je ruzies tussen broers en zussen?
Ga de ruzie niet sussen.
Grijp ook niet in door te dicteren wat er precies moet gebeuren. “Jij mag eerst met de iPad, dan mag je broer.” Het conflict is hier mee ogenschijnlijk opgelost, maar zal onderhuids verder sluimeren. Bovendien stel je je zelf op als scheidsrechter of als politieagent, die het gebruik van de iPad netjes wil verdelen. In het leven is ook niet alles altijd eerlijk verdeeld. Laat de kinderen zélf een oplossing aanbrengen.
Hoe je dat doet?
- Erken de gevoelens van beide partijen. Benoem ze. “Jij wil de iPad, je broer wil dat ook”.
- Zeg dat je wil dat je kinderen tot een oplossing komen. “Ik weet zeker dat jullie samen tot een oplossing kunnen komen die voor jullie beiden oké is. Tot die tijd neem ik de iPad mee.”
- Leg je neer bij de oplossing, die je kinderen voorstellen. Zelfs al lijkt die compleet onnozel.
- (Is het regelrechte oorlog tussen beiden en is het onmogelijk een goed gesprek te voeren? Stel dan grenzen, door te beschrijven wat je ziet. “Schoppen en slaan/naar elkaar spuwen/ elkaar de ogen uitkrabben doen we hier niet!”. Laat beide partijen elk op een andere plek tot rust komen. Maak de afspraak dat jullie het later samen zullen uitpraten.)
- Komen je kinderen er écht niet uit, omdat ze bijvoorbeeld allebei met het zelfde fietsje willen rijden? Leg dan op hoe lang ze individueel er mee mogen spelen. “Broer mag nog twee rondjes rijden met het fietsje en dan moet er gewisseld worden met zus.”
Algemene conclusie
Broers en zussen hebben vaak conflicten. Tot wel zeven keer per uur, zeggen onderzoeken. Conflicten zijn daarom niet altijd slecht. Die kleine rivaliteit tussen broers en zussen levert je kinderen ook wat op. Ze leren hoe complex emoties zijn, hoe ze die communiceren en het maakt ze op emotioneel vlak ook sneller volwassen.
Conflicten hebben met elkaar betekent ook dat broers en zussen invloed hebben op elkaar. Die invloed brengt iets moois mee: steun en begrip.
Het is bewezen dat steun en begrip het allerbelangrijkst is voor een broer of zus (of je nu 15 of 51 bent), in alles wat de ander doet – maar vooral in tijden van tegenslag en stress. Broer-zus-verbondenheid is niet voor niets direct gelinkt aan een gelukkiger leven.
En wil je me nu excuseren? Mijn kinderen hebben ruzie. Ik zal ’s gaan bemiddelen, se.
Q: Waar over maken jouw kinderen ruzie? En hoe los jij dat op?